Menu Dit was de Industry Day van Go Short 2022
Dit was de Industry Day van Go Short 2022

Na twee jaar van de ene lockdown in de andere, heeft de mentale gezondheid flink geleden onder veel mensen. Omdat Go Short een van de eerste festivals is die dit jaar plaatsvindt, direct nadat (bijna) alle regels omtrent corona zijn afgeschaft, leek het Go Short niet alleen toepasselijk om mensen een plek te bieden waar ze buiten hun bubbel konden stappen, maar ook een plek waar makers aan hun mentale gezondheid konden werken. Daarom koos Go Short als overkoepelend thema Mentale Gezondheid voor de Industry Day van 2022.  

De dag begon met een gezamenlijke kick-off in een van de grote zalen van LUX. Makers van heinde en verre kwamen samen en zagen hoe Stephane Kaas het publiek toesprak over de kracht van het falen. Hij toonde fragmenten van verhalen die een succes leken, maar waar tijdens het maken alles fout ging. Hij begon met de documentaire Hearts of Darkness: A Filmmaker’s Apocalypse van Eleanor Coppola. Deze film toont van dichtbij de mentale breakdown van Francis Ford Coppola en alle tegenslagen die hij moest verwerken tijdens het maakproces van Apocalypse Now. Ook Terry Gillian’s maakproces van Lost in la Mancha komt voorbij, waarbij zijn hoofdrolspeler gezondheidsproblemen krijgt midden in het maakproces en er opeens een megastorm op de set in de woestijn op komt zetten, iets wat op die plek zelden gebeurt. 

Het punt? Achter ieder ogenschijnlijk succesverhaal kan een gigantische f*ck-up story schuilgaan. Falen is niet erg; de grootsten der aarde hadden zonder te falen hun werk niet kunnen maken.  

En met die wijsheid gingen de makers verder naar het panel met Rebecca Day (oprichter & psychotherapeut bij Film In Mind), Pien van Gemert (Coaching in de Cultuur) en Stephane Kaas, gemodereerd door Emilia Mazik van Short Waves Festival. Ze spraken over hoe je mentaal, maar vooral financieel gezond wordt en blijft in de cultuursector. Hoe zorg je ervoor dat je als maker eerlijk betaald krijgt? En welke tools zijn voor makers beschikbaar om het makkelijker te maken financieel gezond te blijven? Deze vragen werden gesteld door de makers die in het publiek zaten. Met een zogeheten catchbox, een kubus van schuim met daarin een microfoon, kon het publiek deelnemen aan de discussie. Of je nou een brandende vraag had of gewoon een statement wilde maken: niets was te gek, alles kon en alles mocht. Tenslotte wees Go Short directeur Kirsten Ruber erop dat Go Short een intervisietraject zal starten in samenwerking met Coaching in de Cultuur. Dit intervisietraject is bedoeld om vertrouwelijk, samen met andere filmmakers, te kunnen spreken over obstakels die zij tegenkomen in hun werk. Dit is verspreid over meerdere sessies waar filmmakers zich gratis voor konden aanmelden. 

“This is something I wished we’d do more in the U.K. as well. Taking responsibility and learning from peers is extremely helpful.”

Rebecca Day over het intervisietraject

Dan volgt de entree van Remko, faalfitnesscoach. Gekleed in een Adidas-jasje en met flinke dosis energie in de benen, neemt Remko de zaal mee in zijn aanstekelijke enthousiasme. Hij maakt de zaal bewust van hoe belangrijk het is om soms de controle op te geven en missers te omarmen, in plaats van deze te zien als iets negatiefs. “Door je faalmomenten niet voor jezelf te houden, maar juist te delen, wordt het geen individueel proces meer. Dan schud je het makkelijker van je af,” vertelt hij de zaal. Vervolgens gaat hij over op een fysieke oefening waarbij de zaal mee moet doen. Het addertje onder het gras van deze oefeningen is dat falen onvermijdelijk is, wat de filmmakers dichter bij elkaar brengt door hiermee de ongemakkelijkheid te doorbreken. 

Hoewel het geen verplichting was om aanwezig te zijn bij de speeddatesessies en het programma Producers meet scriptwriters in de bibliotheek, maakten de ijverigste filmmakers daar zeker gebruik van. En terecht, want of een gesprek nou succesvol is of niet: het opdoen van nieuwe contacten in de filmwereld voor beginnende filmmakers was nog nooit zo makkelijk.  

Speeddatesessies 

De opstap maken naar professionals in de filmindustrie kan voor sommige makers erg hoog lijken. Mails met pitches of filmideeën blijven onbeantwoord en veel makers vragen zich vaak af hoe ze ooit hun geweldige, grandioze filmidee in productie kunnen laten gaan. Om die reden bracht Go Short de mogelijkheid om deze opstap gelijkvloers te maken. Beginnende makers konden zo terecht bij filmprofessionals met al hun brandende vragen en ontvingen afgemeten adviezen. Volgens een van de aanwezige professionals Sara van Lookeren, freelance dramaturg, is deze bijeenkomst erg interessant voor filmmakers die net beginnen. Haar advies? “Kijk naar hoe de distributie en het productieproces is gegaan bij films die jij als maker als voorbeeld ziet en probeer te leren van deze werkwijze”. Jolijn van Rees, NL Filmfonds: “Soms weten beginnende makers niet wanneer ze naar een producent moeten stappen. Mijn advies aan hen is om je zo breed mogelijk te oriënteren en te netwerken om zo aan je producent te komen.” Erik van Drunen, ook van het NL Filmfonds, greep in zijn advies voor beginnende makers terug op de faalfitness van Remko tijdens de plenaire sessie: “Een veelvoorkomende fout bij beginnende makers is hun voorzichtigheid. Neem het risico om te falen en betreed de wereld actief; je hebt iets te vertellen.”

Producers meet scriptwriters 

Een andere groep makers, die zich van tevoren had aangemeld, richtte tijdens de lunch zijn/haar pijlen op de producers om daar een vlammende pitch af te steken. In 5 minuten moest de scenarioschrijver de producer weten te overtuigen. Daarna mocht de schrijver het proberen bij de volgende. In totaal waren er zes producers aanwezig. Iedere filmmaker pitchte op zijn of haar eigen manier. De ene maker had een tot in de puntjes uitgewerkt idee. De andere maker pitchte zes ideeën tegelijkertijd, met de hoop dat één van die ideeën uitgewerkt kon worden. Hoewel het een zenuwslopend moment was voor de nerveuze filmmakers die probeerde om hun idee tot film uit te kunnen werken, konden ze gezamenlijk lunchen en met elkaar in gesprek om zo de spanning wat te verlichten. 

Interactieve middagsessies  

Na de lunch was het tijd voor een aantal interactieve workshops. Een van deze workshops is besloeg het onderwerp NFT’s, Web3 en DAO’s en hoe deze middelen de toekomst voor filmmakers kunnen veranderen. Een andere workshop, genaamd First Impressions, zette filmmakers aan het werk door de eerste scène van hun nieuwste filmproject te laten zien aan een panel van experts (als ze durfden). De twee workshops die we hier in het bijzonder willen uitlichten zijn de roundtablesessies en Sex on set: don’t screw it up! 

Roundtables 

Na de lunch was het tijd om het gesprek aan te gaan met filmmakers en professionals over zeer uiteenlopende thema’s binnen de filmindustrie. De keuze was reuze, want in totaal waren er 6 roundtablesessies tegelijkertijd gaande. Zo werd bij de ene tafel gesproken over hoe het is om als maker samen te werken met een streamingdienst zoals Netflix of Videoland zonder je authenticiteit te verliezen en het risico te lopen dat je een idee pitcht waar een andere maker mee vandoor gaat. Marthe Naber Heuer, van het zelf opgerichte bedrijf Mediamonster en maker van Videolanddocumentaire ‘De Lachgaskoning’, werd gevraagd waarom ze het risico waard vond om de overstap te maken naar Videoland: “Het is niet zo dat je iets van jezelf als maker weggeeft; zie het als een kans, een leerervaring, in plaats van een beperking op jouw eigen stijl.” 

Aan een andere tafel werd tegelijkertijd over een totaal ander onderwerp gesproken, namelijk de Fair Practise Code. Rosa Scholtens van Laat Je Niet Naaien leidde deze sessie, waarbij onder andere ook Emma O’Hare van Dutch Culture was aangeschoven. Het leidend onderwerp was dat makers zich beter moesten organiseren om gezamenlijk voor zich op te kunnen komen om zo een eerlijker loon te verdienen. O’Hare: “Het verschil tussen producenten en makers is schrijnend; vraag een kamer vol producenten of ze rond kunnen komen van hun werk en iedereen steekt hun hand op. Doe datzelfde bij een kamer vol makers en je ziet maar een enkeling die geen financiële problemen heeft.” 

Sex on set: don’t screw it up! 

De filmwereld is na de #metoo-schandalen weliswaar wakker geschud, toch hebben we volgens intimiteitscoördinatoren Philine Janssens en Marjan Lammers nog steeds een lange weg te gaan. Sinds het verplichtstellen van Amerikaanse productiebedrijven om een intimiteitscoördinator op de set aanwezig te hebben, zijn er wel steeds meer goede ontwikkelingen mogelijk. Hoewel ook hier nog altijd een grote winst te behalen valt, kan een intimiteitscoach veel deuren openen die eerder gesloten waren door fysieke oefeningen te doen met acteurs en actrices en door voor hen als vertrouwenspersoon te fungeren. Ook zorgen zij dat de wensen van de acteurs en actrices omtrent intimiteit en over welke lichaamsdelen getoond mogen worden, worden ingewilligd. “Een belangrijke taak”, zegt Janssens, “want ik heb door dit werk al heel wat aanpassingen in het scenario kunnen doorvoeren voor een grote groep acteurs en actrices. Je bent als intimiteitscoach echt een soort belangenbehartiger”. Ze krijgt dan ook vaak te horen dat haar werk ontzettend op prijs wordt gesteld, van zowel de acteurs en actrices als van producers, regisseurs en schrijvers. Het is niet alleen een frisse wind, het is ook hartstikke nodig.  

Er is wel een verschil in hoever bepaalde landen hierin zijn en in hoever anderen achterlopen. Zo zijn de productieteams in het Verenigd Koninkrijk en in de Verenigde Staten volgens Janssens al veel verder dan in landen op het Europese vasteland, vertelt Janssens: “Toen ik laatst in Italië was voor een productie van Amazon, was ik echt een vinkje. De producer vroeg: ‘hebben we intimiteitscoach? Ja? Mooi zo.’ En dat was het dan. Daar schiet je natuurlijk niets mee op. Toch opent het een deur, want ik kan daar wel degelijk invloed uitoefenen. Ik moet alleen wat meer op mijn strepen staan, wat ik daar dan ook zeker heb gedaan.”

De verhalen uit het werkveld van Janssens werden ondersteund door analyses van een selectie aan seksscènes door Lammers. Ze liet aan de hand van deze fragmenten het verschil zien tussen een scène die samen met intimiteitscoaches is geregisseerd en een fragment die zonder inspraak van intimiteitscoaches gemaakt is. De scherpe analyses van Lammers tonen dat, hoe meer aandacht er gestoken wordt in intimiteit coaching, hoe beter de scène tot zijn recht komt. Naast de kwaliteit van de seksscènes, benadrukt ze dat een seksscène een bepaalde noodzaak moet hebben. “Soms zie je een seksscène en denk je: was dit nou nodig ter ondersteuning van het verhaal? Of wilde de regisseur gewoon op een makkelijke manier een stukje spanning toebrengen?” Carol is een perfect voorbeeld van hoe het niet moet. Naast het feit dat de seksscène geen toegevoegde waarde heeft voor het verhaal, bleek later dat er dingen zijn gebeurd tijdens het filmen van deze scène die enorm traumatisch waren voor Rooney Mara, een van de twee hoofdrolspeelsters. “Als ik dan als filmliefhebber door mijn intimiteitscoachbril naar deze film kijk, breekt mijn hart.”  

Hoe moet het dan wel? “De serie Sex Education staat erom bekend dat ze gebruikmaken van intimiteitscoaches. Je ziet dit terug in de kwaliteit van de serie. Ze tonen hoe seks heel natuurlijk en ongemakkelijk kan zijn. En dat met een vleugje humor, op typisch Britse wijze dus,” zegt Lammers. Hoewel de ene seksscène dus beter geregisseerd is dan de andere, staat een ding buiten kijf: samen met een hele zaal vol totale onbekenden naar seks kijken was nog nooit zo leerzaam. 

Pavilion drinks 

Hoe sluit je de dag beter af dan met een borrel? Juist, dat bestaat niet. Na een volle, productieve dag kwamen de makers met z’n alle bijeen in het paviljoen om de ervaringen en opgedane kennis door te nemen en te delen met elkaar. Aangezien Go Short’s ondertitel Outside the Bubble leek het niet meer dan logisch dat outside the pavilion een heerlijke bel champagne op de bezoekers te wachten stond. Na de borrel konden de makers nog een laatste filmblok meepakken, zoals het filmblok van de Muziekvideocompetitie. Voor de echte laatmakers kon er tot diep in de nacht doorgefeest worden bij de Industry Party in De Wit Wasserij.